Voorzichtig ga ik op mijn hurken zitten en voel ik met mijn hand aan de grond. De bodem rondom de vlonders waar we over lopen ziet er onschuldig uit. Geelgroen mos, afgewisseld met kleine rode plantjes, paars bloeiende heide, hier en daar een geelpaars bloemetje wat ik niet herken en kleine dennenboompjes. Ik hoef niet hard te drukken om mijn hand meteen te zien verdwijnen in een zompige massa mos. De directe omgeving van waar mijn hand op het oppervlak drukt, golft op en neer en druipend trek ik mijn hand weer omhoog. We lopen nog een keer door een moeras en het is me nu overduidelijk waarom de vlonderpaden zijn aangelegd.
Dinsdagochtend worden we rustig aan wakker op een parkeerplaats midden in een bos en aan de rand van de zee.
Ik maak een ontbijtje van restjes cantharellen en eieren en we lopen nog eens over het strand waar we gisteravond de zon zagen zakken.
Het is onze laatste dag met de kampeerauto en we moeten dus terug richting Riga gaan rijden.
Vlakbij Riga is een nationaal park waar we weer een moeraswandeling kunnen maken over een vlonderpad. In onze reisgids staat geschreven dat deze wandeling een ‘meditatieve ervaring’ is, dus met hoge verwachtingen stellen we de navigatie in en geven we gas.
De wandeling is inderdaad wederom prachtig. De moerassen hier zijn ontzettend kleurrijk. Rood, groen, geel, paars, bruin en wit, allen verlicht door een stralende zon in een knalblauwe lucht. In de honderden vennen waarmee het landschap is bespikkeld worden witte pluizige wolken weerspiegeld en rondom de heideplantjes zoemen tientallen bijen.
Het woord ‘moeras’ roept bij mij met name beelden op uit de film ‘The Never Ending Story’, en dan bedoel ik vooral die scène waarin het paard van Atreyu verdrinkt.
In deze lieflijke omgeving die rust lijkt uit te stralen, waar het zonlicht schittert in de vennen en de grond er uitnodigend zacht uitziet met al haar gekleurde mossen is een tragedie als gevaarlijk wegzakken in zuigende modder niet voor te stellen. Totdat ik even met mijn hand aan de grond voel en er meteen aan word herinnerd dat we niet voor niets over vlonders lopen.
Na onze laatste kilometers moeraswandeling doen we niet veel meer. De open plek in het bos waar we geparkeerd staan heeft een prima dixi, dus we besluiten de rest van de dag hier te blijven staan en hier ook te overnachten.
We maken de kampeerauto vast een eindje in orde voor morgen, want dan moeten we hem weer inleveren. In twee weken tijd hebben we ons huisje gemaakt van de auto, dus uit alle stoelzakken, deurvakken en keukenkastjes vissen we onze persoonlijke spullen en proppen die weer in onze tassen.
Nog een laatste keer koken we in de kampeerkeuken en kruipen we onder de wol op de uitgeklapte achterbank.
Op woensdag zijn we al vroeg wakker en koersen we naar Riga.
We tanken de auto vol en leveren hem weer in bij z’n baasje. Met een kop koffie en een grote lach op zijn gezicht ontvangt Armands van Van Baltic ons. ‘And guys, was it fantastic?’
We vertellen over onze trip en wijzen de plekjes waar we geweest zijn aan op de gigantische landkaart die aan de muur van het kantoor hangt terwijl de zoon van Armands checkt of we de auto in de juiste staat hebben ingeleverd. De jongeman steekt zijn hoofd om de hoek van de deur en steekt zijn duim omhoog. ‘All good!’
We ondertekenen de inleverpapieren en worden dan door Armands naar ons hotel gebracht. Service van de zaak.
Daar kunnen we nog niet inchecken, maar kunnen we wel onze bagage achterlaten.
We lopen nog eens door Riga en bezoeken onze favoriete plekjes voor een tweede keer.
Donderdagochtend hebben we een vroege vlucht terug naar Nederland, en na een haastig ontbijt laten we een Bolt taxi komen en rijden we gapend naar het vliegveld
De vlucht gaat prima en zonder problemen staan we weer op Nederlandse bodem met onze tassen op onze rug. Op naar de trein, en naar huis.
Net als ik in slaap gewiegd word door het schudden van de trein, roept de conducteur om dat de trein niet verder zal rijden dan Utrecht en dat het spoor waarschijnlijk pas rond vier uur in de middag weer in gebruik genomen kan worden. We pakken onze tassen, vertalen de boodschap van de conducteur naar het Engels voor de groepjes toeristen die in onze coupé zitten en stappen het perron op.
Zo plakken we een welkome lunch en een onverwachte stadswandeling door Utrecht aan onze reisplannen vast, wat op zich hartstikke leuk is, maar na een lange, warme middag ben ik blij als we weer in de trein kunnen plaatsnemen.
Nog een laatste busritje naar huis en dan ploffen we moe maar voldaan neer op onze bank en slapen we weer in een bed zonder wielen eronder.
Tot het volgende avontuur!
Toon Steenbergen
Mooie reis.
Mooie verhalen.
Mooie foto’s.
Mooie herinneringen.
En weer veilig & gezond thuis.
Ome Rob kale kop
Hey Marleen (en Jan), was weer superleuk om mee te genieten van jullie Baltisch avontuur.
Marie-Claire Duijsens
Jammer dat het er weer op zit! Kijk weer uit naar de volgende reis.